EILANDBLUES
Ik ben aangekomen
ik ben thuis
in het hier
in het nu.
Ik ben stevig,
ik ben vrij,
in de ultieme dimensie
bevind ik mij.
- Thich Nhat Hanh

Vanochtend keek ik uit het raampje van mijn tijdelijke onderkomen, een gepimpt vintage caravannetje op het terrein van mijn lieve schoonzus op Texel. Het sneeuwde. Dikke vlokken wit dwarrelden langs het raampje. Ik kroop nog net wat dieper onder het dikke dekbed en de drie wollen dekens waarmee ik mezelf de avond ervoor liefdevol had toegedekt.
Een gevoel van thuiskomen overviel me. De hoorbare stilte, vluchtig opgevuld door het gegak van de wilde gans, in combinatie met het adembenemende uitzicht over uitgestrekt land, bracht me direct terug naar mezelf.
Ik zuchtte zachtjes en liet wat opgebouwde spanning los.
Een herinnering aan mijn worsteling van de afgelopen maanden diende zich aan. Mijn leraar had me ooit ogenschijnlijk betuttelend, maar achteraf heel voorzienend toegesproken: 'Het is geen kwestie van heel hard je best doen en er beter in worden Judith. Je kunt het niet. In de zin van dat jouw gevoelige aard niet floreert bij al die wisselingen. Om aan te komen bij jezelf heb je veel verwerkingstijd nodig. Bij voorkeur op jezelf in de natuur.' Ze had het bij het rechte eind.
Ze reageerde op mijn vraag hoe om te gaan met de spanningen die ik ervoer van de manier waarop ik mijn leven had vormgegeven. Soms was ik samen met mijn drie kinderen in wisselende samenstellingen, met of zonder hun geliefden. Soms schoof mijn lief aan. Vaak waren mijn lief en ik bij mij thuis, soms bij hem aan zee. Soms met zijn kinderen erbij, soms met alle kids samen en heel heel soms was ik alleen. Uiteraard was ik ook nog aan het werk, op twee verschillende plekken en volgde ik een opleiding. Om maar niet te spreken over vrienden en familie die ik ook allemaal graag zo nu en dan wilde zien...
Mijn lichaam gaf steeds vaker niet mis te verstane signalen dat er iets moest veranderen. Dat ik iets moest veranderen.
Terwijl ik zo afdwaalde brak de zon door en langzaamaan kleurde de lucht van grijs naar blauw. Ik besloot het strand te ontmoeten voor een mooie ochtendwandeling. Ook daar was het stil, en het verwonderde me hoe al die boten vol toeristen eenmaal op het eiland aangekomen, in het niets leken te zijn verdwenen...
Afgezien van een paar kleine hoopjes wit tegen de duinrand aan was er niets wat nog herinnerde aan de sneeuwval van die ochtend. De lucht was helderblauw en ik voelde de warme kracht van de voorjaarszon op mijn gezicht. 'Alles verandert, is voortdurend in beweging. Niets blijft...', ging het door mijn hoofd. Een geruststellende als ook pijnlijke gedachte. Want om thuis te komen bij mezelf, moest ik mijn leven anders gaan organiseren, zoveel was me inmiddels wel duidelijk geworden.
Mijn verlangen mezelf weer wat meer nabij te zijn zit diep. Ik wil zo graag wat vaker spontaan zachtjes zuchten. Loslaten en steeds meer mijn vrije aard leven. Ik weet dat ik me mag laten leiden door mijn hart, maar ik zie als een berg op tegen de stappen die ik daarvoor moet zetten. Tot die tijd troost ik me met de prachtige woorden van Mary Oliver uit haar poem
'Wiild Geese':
You do not have to be good.
You do not have to walk on your knees
for a hundred miles through the desert repenting.
You only have to let the soft animal of your body love what it loves.